Herstel van schade veroorzaakt door willekeurige detentie van beschuldigden die in Rwandees recht zijn vrijgesproken

Ondanks het uitzonderlijke karakter ervan is detentie niet zonder nadelige gevolgen voor de betrokkene, aangezien de wetshandhavingsinstantie handelt uit hoofde van haar prerogatieven van openbaar gezag door hem of haar een van de fundamentele rechten van het individu te ontnemen, namelijk de vrijheid van beweging. De schade is des te groter wanneer de persoon op wie de maatregel betrekking heeft, wordt veroordeeld voordat hij is veroordeeld. Bij de keuze van dit onderwerp waren wij niet geïnteresseerd in administratieve aanhoudingen die buiten het kader van strafrechtelijke procedures plaatsvinden ter voorkoming of bestrijding van verstoringen van de openbare orde, noch in voorlopige hechtenis gericht tegen een categorie van personen die blijk geven van een zekere geestelijke gestoordheid (zwakzinnigheid, ernstige geestelijke onevenwichtigheid of krankzinnigheid). Het was veeleer onze bedoeling het probleem te analyseren van de vergoeding van de schade die wordt veroorzaakt door de voorlopige hechtenis van een vrijgesproken verdachte in het positieve Rwandese recht, en mechanismen te bespreken om de burgerlijke aansprakelijkheid ten gevolge van een dergelijke hechtenis te verbeteren. In deze ontwikkelingen zal de vrijheidsbeneming van een persoon in de loop van de strafprocedure worden behandeld, hetzij in de onderzoeksfase, hetzij in de procesfase.